COLUMN: Knipperlichtrelatie met datingapps

Datingapps kwamen een beetje op toen ik een jaar of 15 was. Apps als Tinder stonden ineens in de app-store en boden ons voor het eerst de mogelijkheid om via een app op je telefoon in contact te komen met potentiële dates. Een ver-van-mijn-bed-show op dat moment: ik was nog niet op zoek naar liefde en no way dat ik op mijn leeftijd zo’n app nodig had om iemand te ontmoeten (dacht ik). Ik had overigens niet eens een keuze: je moest 18 jaar zijn om een app als Tinder te downloaden, dus dat kon ik op m’n buik schrijven. 

Daarbij heerste er in de beginjaren van datingapps nogal een taboe op: zogenaamd alleen mensen die het niet in real life voor elkaar kregen om iemand aan de haak te slaan zaten op zo’n app. Compleet kansloos en buitengewoon genânt om toe te geven dat het je anders niet lukt. Ook ik had het idee dat ik mezelf ontzettend voor paal zou zetten als ik eenmaal overging tot het downloaden van een datingapp. Daarbij was het tegen m’n principes in, want hoe mooi is het om juist iemand te ontmoeten op een plek waar je het misschien wel niet verwacht?

“Compleet kansloos en buitengewoon genânt als je zonder datingapp niet aan een partner komt”

Toch lonkte er iets aan zo’n app. Wie zouden daar op zitten? Wat nou als mijn ware liefde online rondloopt en ik hier uit principe weiger om zo’n app te downloaden? De laatste jaren lijkt het taboe op datingapps zo goed als verdwenen: we downloaden de apps massaal. En tuurlijk, de een (zogenaamd) om ‘alleen te loeren’, de ander om ‘te kijken hoe hij/zij in de markt ligt’, maar eigenlijk doen we het allemaal omdat we nieuwsgierig zijn. Nieuwsgierig naar wie er op datingapps te vinden zijn. Nieuwsgierig naar wat er voor ons tussen zou kunnen zitten. Nieuwsgierig naar de liefde. Er zijn namelijk genoeg succesverhalen om te geloven dat het écht mogelijk is om online je volgende liefde te vinden. 

Dus ook ik ben aan het swipen geslagen. Ik heb de app gedownload, het weer van m’n telefoon gegooid, een maand later de draad weer opgepakt, om uiteindelijk al eye-rollend de boel weer te verwijderen. Omdat ik niet eens écht op zoek ben naar een partner/date/liefdesverhouding/whatever, én omdat ik nog steeds hoop m’n uiteindelijke liefde ergens oldschool in een kroeg tegen te komen (dank aan Coronella voor het tijdelijk onmogelijk maken van deze optie). Je merkt: het is een behoorlijke haat-liefde-verhouding die ik (en vele anderen) met datingapps heb. Want de stiekeme hoop die je hebt dat je nieuwe liefde online ergens rondhuppelt, wordt gauw de kop ingedrukt na zo’n kwartier te hebben geswiped. 


Betekent dat dat we de hoop opgeven? Welnee! Ben je mal. We swipen door en door, zoeken teleurstelling na teleurstelling op, om uiteindelijk met een goed glas wijn al klagend op vrijdagavond bij een vriend(in) op te bank te belanden. Weet: we’ve all been there. Het enige dat datingapps me tot nu toe hebben opgeleverd is inzicht in wat ik absoluut niét wil (op enkele fatsoenlijke gesprekken na). Nee hoor, doe mij nog steeds maar een ouderwetse ontmoeting in de kroeg. Maar totdat dat weer kan, blijft mijn knipperlichtrelatie met datingapps waarschijnlijk in stand. En dat glas wijn op de bank op vrijdagavond ook.


Jodi

Vorige
Vorige

Swipen voor liefde, liefde voor swipen

Volgende
Volgende

Liefde en romantiek à la Disney? Dusnie.